Het OV in Nederland is duur en daar kunnen we helaas niks aan doen. Of we nu hoog of laag springen: voor veel verbindingen kunnen we vaak enkel voor dezelfde aanbieder kiezen. Ze zeggen wel dat NS geen monopoly heeft, maar die paar Arriva treinverbindingen van en uit Maastricht helpen niet te concurreren als we tussen Amsterdam en Utrecht reizen. Toch kan dit niet de enige reden zijn waarom de prijs in Nederland gemiddeld 35 procent hoger ligt dan de rest van Europa. Hoe is dit mogelijk?

OV in Nederland

De Nederlandse overheid geeft weinig subsidies aan de spoorwegen. In Luxemburg bijvoorbeeld wel waardoor de spoorwegen gratis zijn, maar daar betaalt iedereen dus via de belasting collectief mee aan het openbaar vervoer. Ook in Nederland kunnen we de subsidie verhogen, maar dat betekent verhogen van de belasting, waardoor je gemiddeld evenveel blijft betalen. De hoge prijzen die we nu betalen komen ook met een voordeel. Het Nederlands openbaar vervoer is van hoge kwaliteit. Geloof het of niet, ondanks alle vertragingen en treinen die niet rijden bij het minste of geringste is het openbaar vervoer van Nederland één van de beste ter wereld.

Goedkoper niet beter

Goedkoper maken van de trein is volgens Bert de Wee – hoogleraar Transportbeleid aan de Technische Universiteit Delft – niet een oplossing voor het file probleem. Als het openbaar vervoer goedkoper wordt stimuleer je enkel de mensen die al met het openbaar vervoer gaan om vaker te gaan. Automobilisten laten hierdoor niet vaker de auto staan. Het openbaar vervoer gratis maken heeft volgens Wee al helemaal geen zin. Hierdoor worden de treinen zo druk dat iedereen die kan de auto pakt. Dan is het toch nog een soort van goed nieuws dat de treinkaartjes in 2019 duurder worden. De btw is gestegen van 6 naar 9 procent, hierdoor is samen met de inflatiecorrectie een treinrit vanaf 1 januari 2019 met zo’n 5 procent gestegen. Maar ter compensatie voor de hoge prijzen vallen de loonstrookjes sinds 2019 ook hoger uit.