Mocht het je nog niet zijn opgevallen: de olieprijzen zijn gaan dalen en een nieuwe periode van recessie ligt op de loer. Saoedi-Arabië besloot begin deze week de oliekraan vol open te knallen, iets wat de prijs van het spul in één klap flink liet kelderen. Maar hoe komt het dat je dit niet merkt wanneer jij je tank weer vol gaat gooien? Raar, want als de olieprijzen stijgen, dan zijn de oliemaatschappijen heel snel met het verhogen van de prijzen aan de pomp. Dit is hoe de vork in de steel steekt.
Olieprijzen dalen door het Coronavirus
Het zal je ongetwijfeld zijn opgevallen dat het Coronavirus voor nogal wat opschudding zorgt. In Italië worden hele gebieden hermetisch van de buitenwereld afgesloten, bijeenkomsten worden verboden, handen schudden is taboe en klaslokalen blijven leeg doordat de leerkrachten zich massaal ziek melden. Het neveneffect is dat de vraag naar brandstof daalt en dus staat ook de olieprijs onder druk (samen met de rest van de beurzen). Zoals de economische wetten het voorschrijven daalt de prijs bij een gelijkblijvend aanbod en een afnemende vraag. Dus bedacht de OPEC dat het wel slim zou zijn om de olieproductie te beperken in de hoop de olieprijs te stutten. Dat ging dus niet door, immers Rusland had geen zin in dat spelletje. Dat was tegen het zere been van de familie Fahd en dus ging Saoedi-Arabië doodleuk de oliekraan verder open zetten. Het gevolg laat zich raden: de olie was nog nooit zo goedkoop.
Vraag en aanbod bepalen de prijs
Normaliter stijgt de prijs voor brandstof aan de pomp als de olieprijzen stijgen, terwijl het andersom nooit het geval is. Je haast denken dat er over jouw rug wordt geprofiteerd. Toch zit er een bepaalde logica achter. De prijs van benzine heeft wat samenstelling betreft namelijk veel weg van die van tabak; het bestaat grotendeels uit belastingen.
De prijs van een liter brandstof is slechts gedeeltelijk afhankelijk van de prijs van olie. Als we naar olie en de daarvan gemaakte producten kijken is er maar één grootverdiener: de Nederlandse Staat. In die literprijs zit namelijk 21% BTW inbegrepen en 45% accijnzen, ook een vorm van belastingen. In totaal wordt slecht 27% van de benzineprijs bepaald door de prijs van olie. In die 27% zitten dus alle kosten: transport, raffinage enzovoort. Die beperkte hoeveelheid zorgt er dus voor dat ook bij een forse daling van de olieprijs, de benzine niet direct goedkoper wordt. De brandstof die je nu koopt, is al lang geleden ingekocht tegen de toen geldende prijs. Die wordt dus niet zomaar een flink aantal procenten lager.
Dalende olieprijs is gunstig
Dat jij het aan de pomp niet merkt door middel van een lagere brandstofprijs, wil niet zeggen dat anderen er helemaal niks van merken. De oliemaatschappijen merken het juist als eerste. Zoals je wellicht hebt kunnen zien, zijn de koersen van de meeste maatschappijen flink gekelderd. Koninklijke Shell verloor maar liefst 22%. Dat is dus jammer voor de investeerders, maar goed voor de economie. Door die lage olieprijs is het juist de verwachting dat investeringen loskomen en dat is dus goed nieuws voor de economie.
