Brazilië: het land wat bekend staat om de samba en bloedmooie dames aan zonovergoten postcard-stranden. Voor menig Formule 1-fan is dit land van de vele natuurwonderen van de sport – één die als een rode draad loopt door de geschiedenis. Alleen al vanwege drievoudig wereldkampioen Ayrton Senna om te beginnen, maar ook vanwege dit historische circuit. Welkom bij Interlagos (Autódromo José Carlos Pace), decennialang het toneel van onvergetelijke kampioenschap races!
Interlagos – Autódromo José Carlos Pace: Braziliaanse tempel van de autosport
Een counter-clockwise racebaan met een lengte van 4.309 kilometer – Interlagos huist een aantal karakteristieke bochten die je vooral als kronkelig kunt omschrijven. Zoals de ‘S do Senna’ – S-bocht na start-finish, waar de naar links afdalende chicane een ontzettende kick geeft als je van ‘vol in de ankers’, zo vroeg mogelijk op het gas trapt en met bijna piepende banden je exit voor het lange rechte stuk positioneert.
Autódromo José Carlos Pace – Interlagos: snel en technisch
Hogesnelheidsbochten worden er afgewisseld met hard insturen en remmen op Interlagos, waardoor veel afhangt van zoveel mogelijk snelheid (momentum) meenemen. De exit richting het lange rechte stuk naar start-finish is daarbij bepalend.
Omdat de rondjes zo kort zijn op dit Braziliaanse circuit, met rondetijden rond de 1:10, zit het veld bij een kwalificatie dichtbij elkaar. Zodoende is de foutmarge ook kleiner voor de coureurs: er is minder tijd voor het goedmaken van fouten.
Interlagos dwingt bestaansrecht af
Even leek het er vorig jaar op dat de Braziliaanse GP (weer) ten prooi viel aan Rio de Janeiro. Maar toen F1 betrokkenheid bij het plan van de lokale burgemeester ontkende, viel het plan in duigen. Men zat intussen niet stil in het andere kamp: In 2020 verlengde de organisatie het contract van Interlagos als dé Braziliaanse GP tot aan 2025.
Het circuit dat verreweg de meeste edities hostte, werd pas begin jaren ’40 afgemaakt. De bouw… die begon al in 1926. De voltooiing liep echter immens uit door de beurscrisis van 1929. Het uiteindelijke circuit oogde een stuk bescheidener dan het initiële plan, met enkel de meest basic faciliteiten. Niettemin een welkom alternatief, races georganiseerd in straten van de immense stad werden geplaagd door fatale ongelukken.
Autódromo José Carlos Pace-circuit heilig voor Brazilianen
Pas in 1972 arriveerde de eerste officiële F1-Grand Prix op Autódromo José Carlos Pace, gestuwd door het wereldnieuws van lokale helden. Een rivaliteit ontstond met Rio de Janeiro: Interlagos verdween na zes jaar van de kalender, maakte plaats voor Jacarepaguá in Rio. Een jaar later keerde de GP voor twee jaar terug in de heuvels van San Paulo, maar toen ging het toch weer naar de rivaal voor negen jaar aaneen. Daarna keerde Interlagos voor goed terug als Braziliaanse GP: praktisch alle jaren tussen 1990 tot 2021. Behalve 2020 dan, het jaar waarin de GP ontbrak vanwege de pandemie.
Een interessant detail: maar liefst vijf Brazilianen wonnen de thuisrace. Emerson Fittipaldi (twee keer), gevolgd door Carlos Pace (één keer) – de bij een vliegtuigongeluk omgekomen coureur waarnaar Interlagos vernoemd is – evenals: Nelson Piquet (twee keer), Ayrton Senna (twee keer) en Felipe Massa (twee keer). Emerson Fittipaldi won tweemaal de wereldtitel voor zijn land. Piquet en Senna wonnen zelfs ieder drie wereldkampioenschappen.
Tenslotte mogen wij één coureur niet vergeten als wij over de GP van Brazilië spreken. De grootste rivaal van Senna destijds, de Fransman Alain Prost. De viervoudig wereldkampioen wist in die roerige periode niet minder dan zes keer de Braziliaanse Grand Prix te winnen – verreweg het meest van iedereen. Vijf daarvan waren trouwens in Rio de Janeiro – waardoor de eer in dit geval uiteindelijk ook blijft in San Paulo.
