Cars & Bikes

Dit zijn de brute auto’s van Arnold Schwarzenegger

Arnold

Na een lange loopbaan als bodybuilder, acteur, ondernemer en gouverneur van Californië heeft de 72-jarige Arnold Schwarzenegger een aardig vermogen opgebouwd. De wereldberoemde hoofdrolspeler uit ondertussen 6 Terminator-films heeft hier een paar mooie auto’s mee kunnen kopen. Dit heeft geleid tot een paar bijzondere exemplaren in de garage van Arnold Schwarzenegger.

De auto’s van Arnold Schwarzenegger

Toen het goed begon te lopen als bodybuilder voor Arnold Schwarzenegger is hij zich meer en meer met auto’s bezig gaan houden. Vrij snel maakte hij van de Verenigde Staten zijn woonplaats, waar hij het één en ander aan auto’s heeft versleten. Toen hij net in Amerika woonde waren er al snel meerdere auto’s van Arnold Schwarzenegger. Zo heeft hij een VW Kever gehad, een BMW 1600 en ook een Mercedes 450 SE stond in de garage. Het ging steeds beter lopen en de wagens werden steeds grotere Mercedes modellen en Cadillacs.

Teleurgesteld in autobouwers

Arnold Schwarzenegger zegt zelf teleurgesteld te zijn in autobouwers. Volgens hem zijn er veel merken die grootse dingen beloven en met mooie concepten komen. Dit blijven echter slechts bij conceptcars en ze komen nooit op de markt. De auto’s die wel op de markt komen zijn dan wel mooi, maar niet zoals ze beloofd waren. Dat is alleen maar voor de publiciteit geweest.

Meer praktisch dan mooi

De meeste auto’s van Arnold Schwarzenegger zijn niet per se ware supercars, maar eerder functionele, ‘gewone’ modellen uit de iets duurdere klasse. Zo heeft hij een standaard Hummer, een Ford stationwagon en een GMC Yukon. Die laatste auto is zijn persoonlijke favoriet: “Ik spring meestal gewoon in mijn Yukon. Ik gooi mijn tassen achterin, mijn fiets kan erbij, of ik kan zes mensen meenemen. Ik kan ’m bij alle weersomstandigheden gebruiken, hij kostte iets meer dan 50.000 euro.”
De Bugatti Veyron Grand Sport Vitesse heeft ook drie jaar in de garage van de oud-gouverneur van Florida gestaan, maar langer dan dat hield hij het niet vol. “Ik heb er geen spijt van, maar ik heb er nog geen 2.000 kilometer in gereden. Ik heb ’m in al die tijd bijna niet gebruikt – er waren letterlijk maar drie plekken waar ik ’m zelf kon parkeren en niet iemand anders dat hoefde te laten doen.”