Het is september, dat betekent dat de transferperiode is afgelopen. Het was er één om nooit te vergeten. De één na de andere megatransfer vloog je om de oren. Cristiano Ronaldo, Lionel Messi, Sergio Ramos, Antoine Griezmann en ga zo maar even door – allemaal hebben ze een nieuwe club. In totaal is er tijdens deze krankzinnige transferperiode 3 miljard(!) euro uitgegeven.
Europese topcompetities gaven 3 miljard euro uit deze transferperiode
De Sports Business Group, onderdeel van Deloitte, bracht de cijfers van de afgelopen transferperiode in beeld. Daaruit blijkt dat de 5 Europese topcompetities (Premier League, Bundesliga, La Liga, Serie A & Ligue 1) in totaal 2,97 miljard euro uitgaven aan nieuwe spelers. Dat lijkt natuurlijk enorm veel, maar tot ieders verbazing is dit minder dan wat er in de transferzomer van 2020 werd uitgegeven.
Tientallen grote spelers kozen voor een nieuw avontuur
Onder andere Romelu Lukaku, Jack Grealish, Jadon Sancho en Ben White wisselden voor enorme bedragen van club. Toch kon deze transferperiode niet tippen aan die van vorig jaar. Destijds werd er namelijk 3,25 miljard euro uitgegeven. Deze transferzomer werd er vaker gekozen voor een transfervrije overname of een huurperiode. Zo werden Lionel Messi, Sergio Ramos en Cristiano Ronaldo allemaal ‘gratis’ overgenomen en Saul Niguez en Antoine Griezmann werden voor een bepaalde periode verhuurd.
De Premier League is de koning van de transfers
De Premier League gaf naar verwachting het meeste geld uit in deze transferperiode. In totaal vonden hier vier transfer boven de 58 miljoen euro plaats. De Serie A staat op plek 2 met een kostenplaatje van 550 miljoen euro. De Bundesliga gaf als enige competitie meer uit dan vorig jaar: 415 miljoen euro. Opvallend genoeg staat de Ligue 1 boven de La Liga (375 om 295 miljoen euro). Dit komt waarschijnlijk door de strengere regels in Spanje. Door deze regels was het voor FC Barcelona ook niet mogelijk om Lionel Messi binnen boord te houden.